Wie voor het eerst de uitdrukking 'een monnik op een beer' hoort,
zal daarbij ongetwijfeld boeiende beelden voor ogen krijgen.
De kans is klein dat hij denkt aan een muur die dwars door een
gracht
gebouwd is en aan de bovenzijde merkwaardige 'torentjes' heeft.
Toch zal dit meestal wel bedoeld zijn, wanneer déze monnik ter sprake komt.
De muur is de
'
beer'
en maakt deel uit van een
vesting.
Het doel is het voorkomen dat bij een
beleg
de vijand vrijuit door de gracht kan varen. De bovenzijde heeft de vorm van een
ezelsrug
om te voorkomen dat ongewenste personen er overheen lopen.
Maar dan is schrijlings over de gracht heen schuiven toch nog mogelijk.
Dat werd voorkomen door
'
scheurbroeken',
stekelige hindernissen, of, veel beter, door een 'monnik'.
De monnik is een stevig rond torentje dat boven op de beer staat
en zo dik is dat niemand er omheen kan klimmen. Wie het toch probeert,
glijdt via de schuine helling de gracht in. Soms heeft een beer enkele
monniken achter elkaar. Het metselwerk is vaak voorzien van een sierlijke top.
Tekst: Jean Penders, 12-2005. Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders